Inbouwhandleiding centrale deurvergrendeling

De set 'aansturing voor centrale deurvergrendeling' is een uitbreidingsset op uw huidige centrale vergrendeling. Het zorgt ervoor dat uw huidige vergrendelingssysteem op afstand te bedienen wordt.

Let op: heeft u nog geen centrale deurvergrendeling en moet u dus alle deuren afzonderlijk openen, dan heeft uw een centrale deurvergrendelingsset met motors nodig!

Voorbereidingen

De module dient te worden aangesloten op uw huidige centrale vergrendeling.
Ga na of uw auto uitgerust is met een elektrisch of pneumatisch gestuurd vergrendelingssysteem (In praktijk is dit veelal elektrisch, met name oudere modellen Mercedes en sommige Audi en Volkswagen auto's hebben een pneumatisch vergrendelingssysteem)

  • U heeft een elektrisch systeem:
    - U dient opzoek te gaan naar de stuurdraden voor uw huidige vergrendeling. Deze stuurdraden zijn de draden die een signaal doorgeven aan de slotmotors. De stuurdraden zijn bij veel auto's te vinden aan de bestuurderszijde in de a-stijl (de deurstijl links van de pedalen).
  • U heeft een pneumatisch systeem:
    - Bij een pneumatisch systeem zult u opzoek moeten gaan naar de compressor die de pneumatische slotpompen aanstuurt.

Inbouw stap 1

Allereerst sluiten we de draden aan die aangesloten dienen te worden op de huidige centrale deurvergrendeling.

Elektrisch gestuurd systeem:

- Bepaal of uw centrale vergrendelingsset in de auto positief of negatief gestuurd is. Bij het doormeten van de stuurdraden heeft u dit ondervonden: bij een positief gestuurd systeem wordt een positieve spanning door de stuurdraden gestuurd.
- Isoleer de oranje en zwart-oranje draden, deze worden niet gebruikt.
- Verbind wit en wit-zwart met de stuurdraden van uw vergrendeling.
- Verbind geel en geel-zwart met elkaar en sluit deze afhankelijk van uw systeem aan op het chassis (0 Volt) of op de accu (+12 Volt).

Pneumatisch systeem:

- Eerst dient u een schakelaar (zgn. jumper) in het vergrendelingskastje op een andere positie te zetten. In bovenstaand schema zijn de twee opties aangegeven.
- Sluit de bekabeling volgens onderstaand schema aan.

Inbouwschema centrale deurvergrendeling - figuur 2

Inbouw stap 2

Vervolgens kunnen de voedingskabels en accessoire kabels worden aangesloten:

Knipperlicht
De knipperlicht functie kan worden aangesloten (niet verplicht). Indien u deze niet wilt aansluiten, isoleer deze draad zorgvuldig. De bruine draad van de knipperlichten kan het best worden aangesloten, vlak na het knipperlichtrelais op de voedingsdraad voor de knipperlichten in de auto. Vaak is deze ook nog eens gesplitst in een linkerzijde en rechterzijde, hiervoor kunt de draad het beste splitten.

Bij sommige auto's is het nodig een diode in de bruine draad te plaatsen (wanneer het knipperlicht bijvoorbeeld blijft branden na openen of sluiten deur). Een diode is een element dat stroom maar in een richting doorlaat. Diodes kunt u bij vrijwel iedere elektrospeciaalzaak kopen. Let wel op dat u een diode aanschaft die een de maximaal toegestane stroom door kan laten.

Kofferbak
Is alleen aan te sluiten als uw kofferbakmechanisme hiervoor geschikt is. In veel gevallen is dat niet zo, sluit deze draad dan niet aan en isoleer deze.

Raam sluiten
Alleen bruikbaar indien uw elektrische ramen hiervoor geschikt zijn. Weet u dit niet zeker, sluit deze draad dan niet aan en isoleer deze.

12 Volt Voeding
De voedingskabel dient op een permanente +12 Volt spanning te worden aangesloten. Sluit deze daarom direct op de accu, of direct in de zekeringkast aan. Gebruik hiervoor niet een geschakelde voedingskabel (Er moet altijd 12 Volt beschikbaar zijn, ook wanneer de sleutel niet in het contact zit!)

Massa - GND
Sluit de zwarte kabel aan op de minpool van de accu of op een metalen punt op het chassis van de auto.

Inbouwschema centrale deurvergrendeling - figuur 1